Jan Smit (Vrije Universiteit Amsterdam) met de lezing “Het vroege klimaat op Aarde”.
Snowball Earth (artist impression; © Astrobiology Magazine |
Het
vaststellen van de temperatuur op Aarde in het verre verleden is een hachelijke
zaak, maar langzamerhand zijn er toch veel methoden ontwikkeld om daar toch een
uitspraak over te kunnen doen. De Aarde was aanvankelijk heet en is
langzamerhand afgekoeld. Daardoor heeft het leven zich al 3,8 miljard jaar
geleden kunnen ontwikkelen.
Doordat
het leven in het begin nog niet veel invloed had, slingerde het klimaat zich
nog van het ene uiterste naar het andere. Het ging van "snowball"
ijstijden, waarbij het oppervlak van de gehele wereld bevroren was, tot
verschroeiende broeikaswerelden, waarin de temperatuur van het water in de
oceanen opliep tot boven de 40 graden Celsius.
Toen
het leven er eenmaal was, 540 miljoen jaar geleden aan het begin van het
Cambrium, stabiliseerde het klimaat zich enigszins en zweefde de Aarde elke 250
miljoen jaar tussen een "icehouse" en een "hothouse"
klimaat, waarbij er dan weer wel en dan weer geen ijskappen waren op de polen.
Het laatste deel van de aardgeschiedenis gaat langzaam van een
"hothouse" in het Eoceen naar de ijstijden waarin we nu leven, maar
ook die geschiedenis gaat met horten en stoten en misschien zit daarin een les
voor de toekomst verscholen.
Het verschuiven der continenten (afb. supercontinent Pangeatijdens het Trias), mede veroorzaker van klimaatverandering |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten