3 februari 2012, Ledenvergadering

De jaarvergadering is alleen toegankelijk voor (gezins)leden van de NGV, afd. West-Friesland.
Ondanks de sneeuwval vanochtend, gaat de vergadering door.

6 januari 2012, Ediacara Fauna

De heer Paul Hille uit Doorn.
In deze lezing gaat Paul Hille* in op de vreemde levensvormen uit het Ediacarium, de periode voorafgaand aan het Cambrium. Het is de periode van ca. 635 tot 542 miljoen jaar geleden.
De Ediacara fauna, genoemd naar de Ediacara Hills in Australië, is van ongeveer 40 locaties wereldwijd bekend en is sinds de ontdekking ervan onderwerp van debat tussen wetenschappers. De fossielen van deze
eerste complexe meercelligen zien er vreemd uit. Zo hebben sommige van deze fossielen een zogenaamde fractalvorm, andere een drievoudige symmetrie. Ze zijn erg moeilijk te linken aan de levensvormen van na
deze periode. De bekende wetenschapper Seilacher had het over zogenaamde Vendiobionten; het zouden geen dieren en geen planten zijn geweest, maar een mislukt experiment in het leven op aarde.
Verschillende theorieën over de Ediacara fauna zullen tijdens de lezing de revue passeren. Tevens worden vanuit verschillende werelddelen Ediacara vondsten meegenomen door de spreker en wordt literatuur meegenomen.


Fossils from the Ediacara Hills: On the left is Arkarua, a small disc-shaped animal that may be the oldest echinoderm. At center is an unusual disc-shaped form with three-part (triradial) symmetry. Named Tribrachidium heraldicum, its affinities are still mysterious, although distant relationships have been proposed with either the Cnidaria or the Echinodermata. On the right is the fossil Spriggina, a possible relative of the arthropods.

*Paul Hille (1969) verzamelt sinds 1975 fossielen. Hij is afgestudeerd in bestuurskunde (EUR) en werkzaam als senior financieel beleidsmedewerker bij een overheidsorganisatie.
Hij is actief als amateur paleontoloog . Paul Hille is actief geweest als redacteur van het geologische tijdschrift GEA. Momenteel is hij bestuurslid van de Werkgroep Pleistocene Zoogdieren (WPZ) en tevens redacteur van het door de WPZ uitgegeven tijdschrift Cranium. Daarnaast heeft Paul Hille bijgedragen aan het eerste trilobietenmuseum ter wereld; het Back to the Past Museum in Mexico. Van de fossielen fascineren hem vooral de oudste meercellige levensvormen hem, zoals de Ediacara fauna en de trilobieten die later ontstonden.
Naast fossielen heeft hij een brede natuurwetenschappelijke interesse, o.a. in astronomie/kosmologie. Hij geeft over verschillende wetenschappelijke vakgebieden lezingen. Daarnaast zoekt hij veelvuldig naar fossielen in binnen- en buitenland.

2 december 2011, Zand erover: wat kunnen sedimenten ons vertellen

De heer Anne Fortuin uit Nederhorst den Berg.
Sediment is de benaming voor door wind, water of ijs getransporteerd materiaal. De afbraak van gesteenten resulteert in de vorming van sedi-ment als zand, klei en grind. Ook levende organismen kunnen sediment vormen, zoals steenkool (uit veen) of koraalkalk. Alle gevormde sedimenten zijn het resultaat van een
proces dat het sediment zijn uiteindelijke verschijningsvorm geeft. Geologen gebruiken het uiterlijk van het sediment om het oorspronkelijke afzettingsproces en het milieu waarin zich dat afspeelde te bepalen. Sedimenten vertonen altijd een vorm van gelaagdheid. Ook de patronen in die lagen geven informatie over
het afzettingsmilieu. De lezing wordt afgesloten met een kijkje op het Indonesische eiland Sumba, waar de sedimentatie gevolgd wordt van diepzee afzetting tot het huidige eiland. Anne Fortuin was tot zijn pensionering werkzaam aan de Vrije Universiteit Amsterdam als hoofddocent bij de afdeling Sedimentologie. Momenteel is hij vooral actief in het Geologisch Museum Hofland in Laren.


Cross-bedding in een fluviatiele zandsteen,
Middle Old Red Sandstone (Devoon) op Bressay, Shetlandeilanden.

4 november 2011, De gebeurtenissen rond de K - T grens

Prof. Dr. Jan Smit, Universiteit van Amsterdam.
De Krijt-Tertiair grens is wereldwijd terug te vinden: op totaal 350 plaatsen ter wereld kan de grens heel duidelijk aangewezen worden. Niet alleen komen veel fossielen niet meer voor in de gesteenten jonger dan de grens, maar ook het gesteente zelf ziet er vlak na de grens wat anders uit. Aan het begin van een kleilaagje is vaak een verhoogde iridiumconcentratie te vinden alsook andere platinametalen.
 
K-T boundary (dotted line) at Raven Ridge in northwest Colorado, between Dinosaur and Rangely. Rock layers to the south of the line belong to the Tertiary Period (lower half of image), while rocks to the north of the line are part of the Cretaceous and older Periods (upper half of image). Note several landslides (arrows) formed in relatively soft Tertiary clay. NASA ISS astronaut photo. North arrow at lower left


 

7 oktober 2011, Kleur bekennen

Paul Tambuyser uit Eenigenburg met een lezing “Kleur bekennen”.
Kleur is wel het meest in het oog springende kenmerk van mineralen.
Maar wat is eigenlijk kleur? Waarom is het ene mineraal gekleurd en het andere
niet? Waarom zien wij kleuren en is in het donker alles zwart? En is kleur
inderdaad van beperkt nut bij het determineren van mineralen? Op deze en
andere vragen proberen wij tijdens deze lezing een eenvoudig antwoord te geven.
We houden het simpel, zonder formules en ingewikkelde terminologie.
Niet te missen voor wie wat meer wil weten over mineralen !